Bedrijfsvoering, Ondernemerschap, Uitgelicht

Op zoek naar het familiegevoel: ICOM-Nederland start ‘datingsite’

Gepubliceerd: 14 september 2018 om 15:53   /   door

Het gaat goed met ICOM-Nederland, in de afgelopen twee jaar is het ledental gegroeid van 2500 naar 4000 leden. Maar helaas gaan ook museumprofessionals zich steeds meer als consumenten gedragen en dit ondergraaft de oorspronkelijke doelstelling van ICOM: kennis delen. Voorzitter Luc Eekhout kwam met een verrassende oplossing: de ICOM-Family.

Het ledental van ICOM-Nederland groeit, maar toch vind je dat de organisatie moet veranderen. Waardoor wordt ICOM bedreigd?

“Het gaat inderdaad beter dan ooit met ICOM. ICOM (International Council of Museums) heeft wereldwijd 40.000 leden en in Nederland inmiddels 4000 leden. Er werken in ons land 7000 mensen in musea, dus meer dan de helft is lid. Maar al die Nederlanders zijn vooral lid omdat ze graag en veel reizen. Het ICOM-pasje geeft bijnaoveral gratis toegang. Hierdoor staat de doelstelling van ICOM onder druk: dat leden samen internationale activiteiten ondernemen.

“Individualisme, vip-treatment en avontuur”

Er is een uitgebreide organisatie in Parijs die congressen en lezingen organiseert.Van dit uitgebreide activiteitenprogramma wordt steeds minder gebruik gemaakt. Mensen worden lid voor het pasje, maar doen inhoudelijk nauwelijks iets anders dan toerist spelen. Je dreigt daarmee de bedoeling van ICOM te ondergraven. ICOM staat voorkennis delen, het door uitwisseling ervaren dat jouw cultuur een van de vele culturen is. Voor mij is dat dé kern, dat je andere mensen en andere culturen ontmoet. Wat wij als Nederland nu hebben voorgesteld is om een ICOM-Family te creëren. Denk aan de IKEA-Family met bijbehorende kaart en website.

Hoe ben je op het idee voor de ICOM-Family gekomen?

“Ik wilde een paar jaar geleden naar Vietnam en tijdens mijn vakantie ook een paar musea bezoeken en met de collega’s daar spreken. Het gekke is, dat als je musea direct via hun websites benadert je bijna nooit antwoord krijgt. Ik moest dus via het hoofdkantoor van ICOM in Parijs vragen om de contactinformatie van de directeur van het Saigon-museum. Uiteindelijk kreeg ik na veel gedoe de contactgegevens en werd ik in Saigon allerhartelijkst ontvangen. Ik werd rondgeleid en had een goed inhoudelijk gesprek met de directeur. Toen dacht ik: dit is toch een van de pluspunten van ICOM, dat je dit soort internationale contacten kunt leggen. Dat je bij andere museummensen op bezoek kunt gaan en zij bij jou. Het moet wel wederkerig zijn, je moet ook bereid zijn om iemand uit Vietnam te ontvangen. Het is het familiegevoel, zoals ik dat ook bij de Rotary heb. “

Luc Eekhout heeft In juni op het algemene congres van ICOM zijn idee voor een ICOM-Family gelanceerd. De reactie was unaniem positief, eindelijk een manier om elkaar te kunnen vinden. Het ICOM-hoofdkantoor in Parijs mag door de privacywetgeving geen gegevens van leden delen. Maar als je als lid expliciet aangeeft dat je mag worden benaderd, dan kan dat wel. De meest eenvoudige oplossing is een aparte ledenwebsite voor de ICOM-Family.

Hoe gaat de website van de ICOM-Family eruitzien, kun je een tipje van de sluier oplichten?

“We zijn nog volop in ontwikkeling, we hopen eind van het jaar te kunnen starten. Met je ICOM-Familycard krijg je toegang tot een gesloten platform, denk maar aan een soort datingsite. Maar niet om te daten, maar om wereldwijd collega’s te leren kennen, kennis te kunnen uitwisselen, maar ook om persoonlijke relaties te kunnen ontwikkelen. We besteden veel tijd en aandacht om de site extreem gebruiksvriendelijk te maken. De Museumvereniging heeft ook een dergelijke site voor leden in Nederland. Die site is volgens mij veel te ingewikkeld, die valkuil hopen wij te vermijden.”

Ten slotte, waarom doe je het?

“Je moet je als organisatie nooit verzetten tegen de tijdgeest, maar er juist creatief op inspelen. Onze website speelt slim in op die tijdgeest, de trefwoorden zijn: individualisme, vip-treatment en avontuur. Vooral dat avontuur spreekt mij aan.”

 

Interview: Franklin van der Pols

Foto: Luc Eekhout (ICOM/Kasteel Heeswijk)