Collectie, Uitgelicht

Nieuwe museumdefinitie en militaire musea

Gepubliceerd: 9 december 2020 om 13:26   /   door

Dat de lancering van de nieuwe museumdefinitie tot opschudding heeft geleid, zal niemand zijn ontgaan. Van alle kanten is er heftig op gereageerd. Duidelijk is dat het voorstel niet zonder slag of stoot wordt omarmd. Hoe zit dat bij de militaire musea, een categorie vol met ‘belast erfgoed’? – Paul van Brakel, conservator Nationaal Militair Museum en voorzitter ICOMAM (International Committee for Museum and Collections of Arms and Militairy History)

Een constatatie om te beginnen: het voorstel wordt bij militaire musea niet met bijster veel enthousiasme binnengehaald. Er bereikt mij althans geen bijval. Een argument dat ik internationaal hoor, is niet specifiek gerelateerd aan militaire musea: wat is er mis met de oude definitie? Militaire musea, met hun specifieke collecties, zijn bereid naar de argumenten voor de nieuwe definitie kijken, maar kunnen vaak niet uit de voeten met wat wordt voorgesteld. Dat vereist nog een hele discussie.

Onprettige collectie

Militaire musea zitten vol met ‘belast erfgoed’, objecten die een gevoelige snaar raken of zwarte bladzijden van de geschiedenis betreffen. Een gegeven dat wereldwijd van toepassing is: in alle werelddelen hebben te allen tijde gewapende conflicten plaatsgevonden tussen diverse groepen mensen, om uiteenlopende redenen. Alle landen zijn ervan overtuigd dat aandacht voor (gewapende) conflicten in de geschiedenis van groot belang is. Daar horen belaste objecten bij.

Ik constateer dat militaire musea wereldwijd diverse interpretaties hanteren. De waaier gaat van een heroïsche benadering, over ‘een maatschappelijk verschijnsel’, tot monumentaal herdenkingsoord en vredesmuseum. Elk museum heeft daarvoor zijn eigen redenen en doelstellingen. Maar hoe vat je die in een wereldwijde eenduidige definitie? En hoe waarborg je daarin een collectie die als onprettig wordt ervaren, die als maatschappelijke referentie en voor onderzoek moet kunnen dienen én die met een brede visie tot stand is gekomen?

Lastige definitie

Vanuit ICOMAM constateer ik dat het als lastig wordt ervaren om precies te definiëren wat democratisch, inclusief en meerstemmig – begrippen uit de nieuwe definitie – inhouden. Uiteraard kun je je er een globaal idee over vormen, maar dekt dit de lading? De voorgestelde definitie gebruikt de begrippen in een te algemene context; ze zijn te meervoudig interpretabel. Want wie zijn dan de partners van militaire musea in het democratische, inclusiviteits- en meerstemmige proces? Hoe zijn ze georganiseerd: actiegroepen? Parlementaire commissies? Belangengroepen van veteranen?

Misschien moeten musea zich nadrukkelijker richten op het kernbegrip ‘erfgoedinstelling’, met alles wat daarbij hoort, en de materiële cultuur vooropstellen: gericht op objecten die als basis voor onderzoek dienen.

De bestaande definitie is een zakelijke benadering van wat een erfgoedinstelling is. De moderne samenleving kent inderdaad nieuwe uitdagingen voor musea, maar, zoals een Belgische collega het zei: ‘Laten we het kind niet met het badwater weggooien.’

Om de bezoeker tegemoet te komen bij de verwerking van de gevoeligheden en conflicten die militaire musea tonen, zijn educatieve diensten van groot belang. Het is buitengewoon jammer dat dit aspect in het voorstel niet meer expliciet aan bod komt. Ik wil een lans breken voor educatie binnen de musea. Dat verdient een nadrukkelijke vermelding binnen de definitie.

Noodzakelijke ballast

Om een idee te geven van de hedendaagse positie van militaire musea kan ik zeggen dat we als ICOMAM benaderd zijn door verschillende institutionele leden voor ondersteuning in maatschappelijk-politieke kwesties. Nogal wat musea met een militaire collectie, in verschillende werelddelen, ervaren een negatieve bejegening. In sociale media worden zij weggezet als ‘oorlogsverheerlijkers’ en ‘onderdrukkingsmachines’, terwijl zij voor de maatschappij materiële getuigenissen bewaren, inclusief belaste objecten. Dit maakt de meerstemmigheid tot een lastig aspect. Ons wordt ook gevraagd om een ondersteuningsbrief naar overheden te schrijven ter bevestiging dat zij als erfgoedinstellingen de bewaarfunctie van belast erfgoed adequaat zullen waarborgen. De instituten die ons hiervoor benaderen, zijn altijd goed samenwerkende partners geweest, met een jarenlange museale reputatie. Zij voeren de ethische beginselen als erfgoedinstelling hoog in het vaandel.

Of je het leuk vindt of niet: militaire conflicten dienen een plaats te krijgen binnen de geschiedenis. Je kunt ze niet weglaten of ontkennen. Een definitie die een dergelijke ‘noodzakelijke ballast’ ruimte geeft, zou makkelijker omarmd kunnen worden.

 

Noot: Wat het democratische aspect binnen de definitie betreft, verwijs ik naar de webcolumn van september 2020 van de Open Universiteit: Lang leve de Rechtstaat, door Reijer Passchier, universitair docent Staatsrecht en Rechtstheorie. https://www.ou.nl/-/leve-de-rechtsstaat?utm_source=home&utm_medium=organic&utm_campaign=column

 

Voor meer info over militaire musea: ICOMAM

Foto: courtesy Paul van Brakel(NMM)