Geen categorie

Steven Engelsman: Directeur in twee werelden

Gepubliceerd: 11 juli 2018 om 16:36   /   door

Na 13 jaar gesloten te zijn geweest is het gerenoveerde Museum für Völkerkundeweer open. Het kreeg de nieuwe naam Weltmuseum Wien.Frans Bevers sprak met directeur Steven Engelsman over zijn nieuwe en zijn oude museum.

Systematisch eclecticisme

Toen in de zomer van 2011 aan Engelsman gevraagd werd om naar Wenen te komen en het museum daar uit het slop te trekken en een nieuwe toekomst te geven, hoefde hij niet lang na te denken. Hij nam zijn 20-jarige ervaring als directeur van het Rijksmuseum Volkenkundein Leiden mee: Nou, het zijn duidelijk verschillende musea in Wenen en in Leiden. En ik heb van Leiden ontzettend veel geleerd. Wat ik daaruit heb meegenomen is uiteindelijk het begrip systematisch eclecticisme, waar wij zoveel grappen over hebben gemaakt en zoveel plezier van hebben gehad.’

 Encyclopedie of roman

Enige toelichting is hier op zijn plaats: naar aanleiding van de enigszins provocerende vraag van Engelsman tijdens de eerste fase in het ontwerpproces, ‘Wordt ons museum een encyclopedie of een roman?’, legden de ontwerpers Het leven een gebruiksaanwijzing van Georges Perec op tafel. Een boek met als ondertitel romans, een ontdekkingstocht door een Parijs woongebouw. Alle 99 kamers hebben hun eigen hoofdstuk waarin honderden door elkaar gevlochten verhalen over de bewoners en de aanwezige voorwerpen huizen.Engelsman: ‘Die encyclopedische roman van Perec heeft mij geïnspireerd om sindsdien het woord systematisch eclecticismete gebruiken. Het systematische zit hem in de strenge structuur van het boek. En daarnaast is het eclectisch, want als je eenmaal de structuur hebt, kan je ook gewoon doen wat je hart je ingeeft, wat je leuk vindt. In Leiden is het voor mij echter meer de rationalisatie achteraf geweest die het geheel een zinvolle systematische aanpak gaf. Maar het museum bleef in feite een klassiek volkenkundig museum, dat heel erg mooi was ingericht. Met al dit soort hulpmiddelen, dit soort intellectueel steigerwerk, hadden we het voor onszelf zo voor elkaar dat we er met plezier aan werkten en een invulling voor bedachten. Het belangrijkste van het museum in Leiden vind ik dat je in die hele fase van ontwerpen, het bedenken van hoe het museum moest worden, nog helemaal vastzat in de rigide gedachte dat we een regionale verdeling van de hele wereld hebben. De conservatoren die voor die regionale verdeling staan zijn de koningen van hun eigen gebieden. En tegelijkertijd willen we toch een museum maken dat voor de bezoeker leuk is. In Wenen had ik de vrijheid om te zeggen: we hebben 14 zalen en in elk van die zalen kunnen we een verhaal vertellen dat ons het beste bevalt.

 De wijde wereld in Wenen

In de praktijk komt het erop neer dat de conservatoren niet in een keurslijf van compleetheid gedwongen worden, maar dat ze gevraagd wordt naar hun eigen favoriete onderwerpen, hun eigen verhalen. De zorg van de stafleden en de ontwerpers van Ralph Appelbaum Associates/Hoskins Architects was vervolgens om te bepalen wat de constanten zijn door het hele museum heen. Steven Engelsman: ‘Het laten zien van een collectie was de absoluut belangrijkste constante: we doen het met onze collecties. En we zullen altijd het verhaal vertellen hoe het komt dat die collecties in Wenen zijn gekomen. Dat ontstond vanuit de verwondering dat er zoveel moois is in Wenen. Wat heeft Oostenrijk in godsnaam met die wijde wereld te maken gehad en hoe komen al die objecten in Wenen? Dat was een hele vruchtbare aanpak om het mooiste uit de collecties naar voren te halen.’

(Dit is een voorproefje. Het uitgebreide interview staat in Museumpeil 50)

Foto: Steven Engelsman/KHM-Museumsverband